Zoals eerder besproken, zonder de interactie tussen cellen beter te begrijpen, blijft het lastig om te voorspellen hoe tumorcellen zich in een specifiek lichaam ontwikkelen. Meer kennis over de cellen maakt dat in de toekomst een meer persoonlijke diagnose gesteld kan worden.

In dit plaatje zien we de 20 verschillende celtypen die in de borst te vinden zijn.
Op basis van de toegenomen kennis over de cellen zijn in recente jaren nieuwe therapieën ontwikkeld waarbij het ondersteunen van onze eigen cellen centraal staat. Immuuntherapie is hier een veelbelovend voorbeeld van binnen het onderzoek naar kanker. Maar ook in ander medisch onderzoek naar bijvoorbeeld auto-immuunziektes worden nieuwe onderzoeken gestart op basis van nieuwe informatie over de interactie tussen de cellen.
Om te illustreren hoe deze toegenomen kennis precies werkt, willen we eerst meer vertellen over hoe een tumor zich ontwikkelt. Tumorcellen hebben verschillende manieren om ons afweersysteem te misleiden. Tumorcellen kunnen een ring van gezonde cellen om zich heen verzamelen, zodat immuuncellen ze niet kunnen aanvallen. Ook kunnen ze gebruik maken van zogenaamde receptoren, een soort camouflage waardoor ons eigen afweersysteem ze niet meer als kwaadaardig herkent. En als laatste, kunnen tumorcellen zich muteren of zichzelf te dupliceren waardoor ze het afweersysteem numeriek de baas zijn.
Deze informatie helpt om te onderzoeken hoe en in welke situatie het eigen immuunsysteem geholpen kan worden om de tumor zelf aan te kunnen vallen, wat het doel is van immuuntherapie. Dit is niet slechts een kwestie van aantallen immuuncellen, fibroblasten en tumorcellen, maar is een gelaagd verhaal. De effectiviteit van immuuntherapie wordt door een combinatie van factoren bepaald. Het gaat hier:
- De absolute aantallen per celtype
- Relatieve aantallen
- Ligging en positie celtypen ten opzichte van elkaar (context)
- De eigenschappen per celtype
In ons onderzoek in patiënten met Triple Negatief borstkanker die immuuntherapie gekregen hebben kijken we naar elk van de bovengenoemde facetten. Eerst proberen we een schatting te maken van het percentage immuuncellen, zogeheten Tumor Infiltrerende Lymfocyten (TILs). In eerder onderzoek zagen we dat de patiënten met de meeste respons op immuuntherapie ook meer immuuncellen vertoonden in het biopt. Momenteel gaat ons onderzoek verder en kijken we ook naar de samenstelling en ligging van de cellen. In het bijzonder naar de interactie van tumorcellen met immuuncellen, maar ook met fibroblasten, een bepaalde type steuncel die door het afvoeren van stoffen de immuuncellen weer effectiever maakt. Onze hypothese is dat deze factoren tezamen in hoge mate bepalen of immuuntherapie werkt voor een patiënt, in ons volgende blog gaan we hier meer op in, en zo is de verwachting zullen er in de toekomst nog meer factoren aan worden toegevoegd. Met het menselijk oog is dit echter lastig vast te stellen, vandaar dat AI uitkomst kan bieden. Een algoritme moet daarom op al deze onderdelen gevoed en getraind worden om de voorspellende waarde te vergroten. Om die reden zitten deze 3 celtypen in de game.
Recent Comments